Om de dakranden en dakdoorvoeren goed af te dichten dienen aanvullende elementen te worden toegepast (accessoires) met uitzondering van de basiselementen van de bekleding, dat zijn golfplaten van bitumen. Aanvullende elementen waaronder de basiselementen van hard?ze ploegen één geheel en garanderen betrouwbaarheid, langdurige dichtheid van het dak en zijn esthetische uiterlijk.
De belangrijkste aanvullende elementen van dakbedekking met golfplaten omvatten:
• Profiel dat de verbinding tussen dakhelling en muur beschermt, loodrecht op de plooien van de bekleding, ontworpen om gaten te beschermen, die zijn gevormd tussen de afdekplaat en de muur. Het kan worden gebruikt met een dakhelling in elke hoek.
• Een fitting voor het afdichten van de schoorsteen evenwijdig aan de plooien van de bekleding (weergegeven in afb. A). Het gebruik ervan verbetert de duurzaamheid, dichtheid en esthetiek van het dak.
• Gevelhoeken gebruikt om de randen van dakhellingen goed af te werken; ze zorgen voor de dichtheid van de dakbedekking langs de randen en beschermen de dakpanelen tegen de zuigende werking van de wind (lynx. B).
• Nokpannen voor elke dakhelling (lynx. C). Afdichtmiddel van zwart of wit geschuimd polyurethaan, aangepast aan het profiel van de platen, voorkomt dat water en stof onder de hoes komen en beschermt deze tegen de wind (lynx. D).
• Transparante PVC-platen, het verschaffen van toegang van licht tot de zolderkamers, daar gebruikt, waar diffuus licht gewenst is. Ze hebben dezelfde vorm en afmetingen als de afdekplaten. Ze zijn een eenvoudige en economische manier om licht door het dak te krijgen, ze zijn bestand tegen mechanische impact en weersomstandigheden (lynx. e).
• Een dakraam dat licht en ventilatie op de zolder mogelijk maakt, dient tevens als toegang tot het dak (lynx. F).
• Dakventilatie voor ventilatie van de zolderruimte. De montage bestaat uit het maken van gaten in de afdekplaat, en dan, terwijl de planken worden vastgespijkerd, wordt ook de golvende vleugelflens langs de rand aan de latten vastgespijkerd - fig. G.