De ontwikkeling van "zonne" architectuur tot de periode van de oliecrisis in de jaren 1973 —1974 ging langzaam. Er werden experimentele huizen gebouwd, voornamelijk in de VS, maar ook in Frankrijk en Engeland. De eerste "zonnehuizen" uit de jaren 40 en 50 hadden sterk vereenvoudigde vormen, ondergeschikt aan technologie of voortkomend uit traditie (lynx).
De eerste poolhuizen: 1) Doyer huis (1949-1953), boog. E. Raymond, Dr. M technologie. Land — VS; 2) MIT— Zonnehuis 1,2,3 (1949-1955), boog. L. B. Anderson, technologie - HC. Hotel, B. Wörtz, A. Whillier, AG. Dietz (VS ): 3) Odeollo Zonnehuis (1956), boog. J. Michel, Dr F-technologie. Trompetten (Frankrijk)
Turbulente ontwikkeling, dat volgde op de oliecrisis, duurt tot nu toe.
Door de verspreiding van dit type architectuur in veel landen en op verschillende breedtegraden kunt u regionale verschillen opmerken, ondanks identieke technologieën. In Noord-Amerika werden huizen gebouwd in New Mexico door D. Wrighta, is het huwelijk van S. ik W. Nicolsów zijn gemaakt van in de zon gedroogde baksteen, ze hebben afgeronde hoeken en een Mexicaans pueblo-gevoel, terwijl huizen gebouwd in de noordelijke staten of Canada totaal verschillende vormen hebben en zijn gebouwd in een lichte of halfzware houten structuur. Er is ook een duidelijke regionalisering in Europa en het Middellandse Zeegebied. De Franse "zonnehuizen" die gebruik maken van passieve systemen zijn formeel gezien het interessantst, het doorbreekt bijvoorbeeld perfect de eentonigheid van een Trombe-muur (lynx.).
Regionalisering van "gezouten architectuur": 1) Arabisch huis, 2) grieks huis, 3) Frans huis, 4) Fins huis, 5 i 6) huizen van poi. BEN JE VERDRIETIG. Wrighta en S. ik W. Nicols, 7) Canadees huis
Verschillende hoeveelheden zonnestraling resulteren in verschillende manieren om zonnestraling te gebruiken, of voor verwarming, of voor koeling en airconditioning, evenals verschillende afmetingen van de zonne-energie-apparaten zelf en verschillende manieren om deze te besturen. Dus het blijkt, dat architectuur die zonne-energie gebruikt voor verwarming flexibel genoeg is, zodat vormen konden worden gedifferentieerd volgens regionale bouwtradities, en ook mee te kunnen doen aan wisselende richtingen, of architectonische trends.