Algemene eisen voor het ontwerp van platte daken:
• In een plat dak zonder borstwering met interne afwatering, ongeveer een daling tot 3°, de rand moet op zijn minst worden verhoogd 10 cm boven het niveau van de beschermende grindlaag – of als die er niet is, boven de toplaag.
• In platte daken met borstweringen, vanwege aanzienlijke temperatuurschommelingen die de verandering in de lengte van de elementen beïnvloeden, bakstenen zoldermuren moeten worden versterkt en betonnen zolders moeten met tussenpozen van 5 M.
• Dakpanelen die buiten de wand uitsteken, dienen te worden geïsoleerd met thermische isolatie met een dikte van minimaal 3 -4 cm.
• Het gebied van ventilatieopeningen in geventileerde splitdaken moet zijn 1/500 projectie gebied. Het gehele oppervlak moet gelijkmatig worden geventileerd, en ventilatieopeningen aan weerszijden.
• De hoogte van het luchtruim op het laagste punt moet minimaal zijn 10 cm. Er moet worden gestreefd naar veel grotere hoogten en hellingen van minimaal 5° (over 9%).
• Bij de opbouw van lagen in terrassen moet rekening gehouden worden met de aldaar optredende belastingen. Voor terrassen in woongebouwen is de sterkte minimaal 20 MPa.
• Voor interne afwatering moeten afvoergoten in ieder geval worden verwijderd 1 m van de muren grenzend aan het platte dak, en de afplatting bij de trechter moet een diameter hebben 1 M.
• Balustradepalen dienen aan de buitenzijde van het afgedichte terrasoppervlak te worden bevestigd, en als het onmogelijk is, montage met afdichtflenzen moet worden gebruikt.